Hoe gebruik je portare en prendere in het Italiaans

'Portare' is Italiaans voor meenemen, brengen of dragen. 'Prendere' betekent nemen, pakken, halen, innemen, krijgen, ... etc.

PORTARE

'Che cosa porto da bere'? = Wat zal ik te drinken brengen?
'Ti porto il libro domani' = Ik neem het boek morgen voor jou mee
'Puoi portare una bottiglia di vino?' = Kun je een fles wijn meenemen?
'Non porto mai i guanti' = Ik draag nooit handschoenen
'Lui porta la figlia a scuola ogni mattina' = Hij brengt zijn dochter elke ochtend naar school
'Cosa devo portare per la cena?' = Wat moet ik meenemen voor het diner?

PRENDERE

'Lei va a prendere la figlia a scuola ogni pomeriggio' = Zij haalt haar dochter elke middag van school
'Non prendo mai il vino in un ristorante' = Ik neem nooit wijn in een restaurant
'Lui prende due pasticche al giorno per la sua pressione' = Hij neemt twee pillen per dag voor zijn bloedruk
'Ti vengo a prendere alla stazione' = Ik kom jou van het station halen 
'Cosa bevi? Prendo un caffè, grazie' = Wat drink je? Ik neem een espresso, bedankt
'Mi viene a prendere ogni giorno' = Hij/zij komt mij elke dag ophalen
'Posso prendere un bicchiere d'acqua?' = Mag ik een glas water pakken?
'Ieri ho preso un brutto voto a scuola' = Gisteren heb ik een slecht cijfer op school gekregen (zie ook: Krijgen in het Italiaans)

'Venire a prendere' = op komen halen
'Andere a prendere' = op gaan halen

'Io prendo il mio ombrello' = ik pak mijn paraplu
'Io porto il mio ombrello' = Ik neem mijn paraplu mee