Geluk komt in meerdere soorten. Je kunt gelukkig zijn als gevoel, maar je kunt ook geluk hebben. Die twee houden ook verband met elkaar want iemand die nooit geluk heeft is wellicht minder gelukkig dan iemand die wel geluk heeft.
Dat kan een filosofische discussie worden of eentje met allerhande voorbeelden van mensen met of zonder geluk ... maar daar ga ik niet aan beginnen. het gaat om het begrip geluk dat op twee manieren geluk kan zijn.
In het Italiaans heeft elke soort geluk een ander begrip.
'Essere felice' = gelukkig zijn (als emotie)
'Avere fortuna' = geluk hebben (mazzel)
'La felicità' = de blijdschap
'La fortuna' = de mazzel / het geluk
'Da quando ha cambiato lavoro è felice' = Sinds hij/zij van baan is veranderd is hij/zij gelukkig
'È stata una fortuna che ha cambiato lavoro!' = Gelukkig is hij/zij van baan veranderd
'Non sono felice con questa decisione' = Ik ben niet blij/tevreden met deze beslissing
'Il cane è molto felice quando mi vede con i guinzaglio' = De hond is erg blij als hij mij met de riem ziet
'Che fortuna! Ho trovato le chiavi' = Wat een mazzel, ik heb de sleutels gevonden
'La fortuna' betekent niet het fortuin!!
'Per fortuna' = 'fortunatamente' = Gelukkig maar
'Per fortuna oggi non piove / Fortunatamente oggi non piove' = Gelukkig regent het vandaag niet
'Fortunatamente / per fortuna non mi hanno chiesto niente' = Gelukkig hebben ze me niets gevraagd