Het gebruik van 'fiducia' en 'confidenza' in het Italiaans

Deze twee woorden zaaien vaak verwarring. 'Fidare' betekent vertrouwen. Vaker gebruik je 'fidarsi di' (ik geef hieronder meer voorbeelden). 'In confidenza' betekent in vertrouwen

FIDARSI DI
'Non mi fido di lei' = Ik vertrouw haar niet
'Ti fidi del governo'? = Vertrouw jij de regering?
'Ci fidiamo di lui' = Wij vertrouwen hem
'Si fidano del pilota' = Ze vertrouwen de piloot
'Mi sono fidata della mail ma era una trappola' = ik vertrouwde de mail maar het was een val
'Ti sei fidato di lui?' = Heb je hem vertrouwd?
'Non ci fidiamo mai degli sconosciuti' = We vertrouwen onbekenden nooit

LA FIDUCIA (het vertrouwen)
'Non ho fiducia nel sistema' = Ik heb geen vertrouwen in het systeem
'Lei ha fiducia nell'azienda' = Zij heeft vertrouwen in het bedrijf
'Non abbiamo tanto fiducia in un futuro migliore' = We hebben weinig vertrouwen in een betere toekomst

CONFIDENZA
'Lo dico in confidenza' = Ik zeg het in vertrouwen
'Posso fare una confidenza?' = Mag ik iets bekennen?
'Me l'ha detto in confidenza' = Hij/zij heeft het mij in vertrouwen gezegd
'Te lo dico in confidenza, non lo dire ad altri!' = Ik vertel het jou in vertrouwen, zeg het niet tegen anderen!
'Lui lo ha chiesto in confidenza, perciò non ti posso dire niente' = Hij heeft het in vertrouwen gevraagd, dus ik kan niets zeggen
'Loro sono in totale confidenza' = Ze hebben een nauwe band
'Ci conosciamo da poco, ma siamo già in confidenza' = We kennen elkaar sinds kort, maar we hebben al een nauwe band
'Eri in confidenza con qualcuno del coro? = Had je een goede band met iemand van het koor?